Melkveebedrijf Houwing
In de Veenkoloniën op de grens van Drenthe en Groningen is melkveebedrijf Houwing gevestigd. Het wordt gerund door Martin, samen met zijn vader Albert en een vaste medewerker. Op de zandgrond wordt naast een kleine 50 hectare grasland nog 10 hectare snijmaïs geteeld. Daarnaast is er een aparte akkerbouwtak van 20 hectare met zetmeelaardappelen, suikerbieten en snijmaïs en zomertarwe. De laatste 2 worden voor het melkveebedrijf geteeld. De beide takken werken nauw samen op het gebied van teelt, bouwplan en mestplaatsing. Sinds 2018 worden de koeien met 2 melkrobots gemolken en dit gaat goed samen met de weidegang. Het bedrijf heeft een productie van 10.500 kg melk per koe met 4,44% vet en 3,57% eiwit.
Scores & genomen maatregelen
Levensduur
Stikstofbodembalans
Blijvend grasland
Kalveropfok
Ammoniakemissie
Natuur & Landschap
Broeikasgasuitstoot
Eiwit van eigen land
Weidegang
Doelstelling toekomst
Een toekomstige maatregel voor het bedrijf is om minder eiwitrijk krachtvoer aan te voeren. Het rantsoen bestaat voor circa 40 procent uit kwalitatief goed vers gras en kuilgras met een ruw eiwit tussen de 165 en 200 punten. Om dit goed te benutten, wordt er eigen snijmais en tarwe als energiebron naast gevoerd. Er wordt nog wel rond de 32 procent krachtvoer gevoerd met gemiddeld 230 gram ruw eiwit, waardoor het rantsoen uitkomt op ongeveer 159 RE/kVEM en het ureum gemiddeld tussen de 18 en 20 zit.
Door minder eiwit aan te voeren op het bedrijf en het eiwit dat gevoerd wordt goed te verdelen in de lactatie, kan de stikstofbenutting verhoogd worden. Hierdoor wordt de broeikasgasuitstoot van de aanvoer verlaagd en gaat het percentage eiwit van eigen land in het rantsoen omhoog. Bovendien zal er door de betere benutting en het lagere ureum minder ammoniakale stikstof in de mest zitten, wat de ammoniakemissie verlaagt.